Tag Archief van: co-regisseur

Weg met het ziekenhuis!

Op deze plek schreef ik eerder over het placebo-effect: geloof in een neppil, nepbehandeling en nepoperatie leidt tot klachtenvermindering en soms zelfs tot genezing. Je geloof wordt gevormd door je gedachten en overtuigingen waarbij conditionering, oftewel beïnvloeding door informatie die je systematisch wordt ingeprent, een grote rol speelt.

Daarom is het zaak dat we niet alleen onze gedachten, maar ook veel gebruikte benamingen zorgvuldig kiezen.

Zo is de aanduiding ‘ziekenhuis’ zo ongeveer de slechtst mogelijke omschrijving voor een instelling die, naar ik hoop, mensen beter wil maken. Het woord alleen al heeft een enorme negatieve lading en roept totaal verkeerde associaties op. Bovendien dekt het niet de lading want er komen ook kerngezonde zwangeren om te bevallen en mensen die na onderzoek niets blijken te mankeren. Laten we daarom de benaming ‘ziekenhuis’ per direct afschaffen en voortaan alleen nog spreken over ‘gezondheidscentrum’ (‘medisch centrum’ mag ook maar is neutraal en daarmee ook minder sterk qua positieve associaties).

‘Patiënt’ behoort eveneens tot deze foute categorie. Letterlijk betekent het woord, oorspronkelijk afkomstig uit het Latijn, lijden, dulden, volharding of geduld. Soms wordt het ook vertaald als ‘degene die wacht’, voor veel mensen die een arts bezoeken helaas herkenbaar. ‘Patiënt’ wekt de indruk dat je slechts passief af moet wachten (‘dulden’) wat de dokter in al zijn wijsheid gaat doen. Maar er kleeft nog een groter bezwaar aan dit woord. Stel iemand wordt gediagnostiseerd met een chronische longziekte. Vanaf dat moment ben je in onze cultuur niet langer Mevrouw Pieterse, maar ben je verworden tot ‘longpatiënt’ (‘lijden’).

Deze verandering van eigenheid is om meerdere redenen een probleem. Op de eerste plaats is iemand nooit zijn ziekte. Hooguit heeft hij die (al dan niet tijdelijk). Als je denkt dat je je ziekte bent, loop je het risico dat je je – bewust en/of onbewust – volledig identificeert met de diagnose, zeker op termijn. De diagnose wordt als het ware verinnerlijkt, hetgeen kan leiden tot de associatie dat dit permanent is. Zodoende ben je minder geneigd om te geloven dat je zelf je gezondheidssituatie kunt verbeteren of zelfs helemaal kunt genezen. Zo geef je de regie over je gezondheid eerder uit handen.

Op de tweede plaats is dit een ongezonde vorm van vereenzelviging omdat zo alle aandacht voortdurend is gericht op de ziekte. Waar je je aandacht op richt, is de plek waar je energie naar toe gaat. Hoe meer je ergens op focust, hoe groter dit wordt. Zo blijft je lichaam in negatieve zin anticiperen op alles wat hoort bij de status van longpatiënt. Want het placebo-effect en nocebo-effect leren ons dat verwachtingspatronen je lichaam prepareren op datgene wat je voorziet, in positieve maar ook in negatieve zin.

Laten we de term ‘patiënt’, waar veel te veel lijdzaamheid uit spreekt, daarom vervangen door de passender benaming ‘co-regisseur heling’. ‘Co-regisseur’ geeft al aan dat je samen met je behandelend arts (pro)actief de koers uitstippelt om het verstoorde evenwicht in het lichaam te herstellen. ‘Heling’ benadrukt het optimaal haalbare. Samen nodigen ze je vanuit een positieve mindset uit om mee te denken en mede-verantwoordelijkheid voor je eigen gezondheid en genezing te nemen.

Naamswijziging alleen is uiteraard onvoldoende voor een verregaande cultuurverandering in de gezondheidszorg. Maar je moet ergens beginnen en waarom dan niet kiezen voor termen die in ieder geval in staat zijn om de meest positieve associaties op te roepen? Want door inprenting kunnen ze een gunstige invloed hebben op onze gedachten, overtuigingen en uiteindelijk zelfs op hetgeen we geloven. Zo kunnen zorgvuldige woordkeuzes leiden tot gezondheidswinst.

Dus waar wachten we nog op?

 

Dit artikel is 14 december 2018 verschenen in De Limburger.